Een hypotheek is een (gewaarborgde) schuld, een combinatie van een orderbriefje en een zekerheidsrecht dat de hypotheekhouder een gewaarborgd belang geeft in het onroerend goed. Ja, je bent “in de schulden”.
Maar dat hangt ervan af of je de term “schuld” definieert als een schuld die op de balans staat, of dat het saldo activa - passiva minder dan nul is, of dat je een “schuld”-uitgave hebt op de resultatenrekening (begroting), of dat het saldo baten - lasten minder dan nul is.
Iemand zou naar zijn budget kunnen kijken, de (maandelijkse) hypotheekaflossing op de lijst vinden, en oordelen dat hij een schuldaflossing heeft, en dus “in de schulden” zit. Of hij kijkt naar zijn uitgaven, ziet dat die hoger zijn dan zijn inkomsten, en oordeelt dat hij “schulden” heeft. Een ander kan naar zijn balans kijken, zijn bezittingen vergelijken met zijn schulden, en pas zeggen dat hij “schulden” heeft als zijn schulden groter zijn dan zijn bezittingen.
Sommige mensen zien een hypotheekschuld als een “goede schuld”, omdat ze bepaalde schulden als “goed” en andere als “slecht” beschouwen. Geloof me, het hebben van een hoge hypotheekbetaling (hoger 30% van je netto-inkomen) is moeilijk, en meer dan 40% is slecht.
Kijk eens naar je balans en je resultatenrekening. Op je balans staat het huis aan de activazijde met een (geschatte) waarde, terwijl de hypotheek (eigenlijk de schuldbekentenis van de hypotheek) aan de passivazijde staat. Op uw resultatenrekening staat uw huis niet aan de inkomstenkant, maar de hypotheek (schuldbekentenis) betaling staat aan de uitgavenkant. Je hebt dus duidelijk zowel een “verplichting” met een duidelijk omschreven waarde als een “uitgave” met een duidelijk omschreven betaling.
Maar heb je ook een “actief”?
Volgens een boekhouder heb je een “activum” en een “passivum”. Maar je hebt geen bedrijfsmiddel dat inkomsten (inkomsten) oplevert, noch heb je een bedrijfsmiddel dat kan worden afgeschreven en in de winst- en verliesrekening kan worden opgenomen om het belastbaar inkomen te verminderen. Als we aan activa denken, heeft het woord dan de connotatie van iets met waarde, iets dat inkomsten oplevert? Volgens die maatstaf levert een huis alleen inkomsten op als we het verhuren, en heeft het alleen waarde als we het willen verkopen.
Zoals miljoenen gezinnen tijdens de ineenstorting van de huizenmarkt ontdekten, kan, wanneer de marktprijs van je “bezit” aanzienlijk daalt, je persoonlijke financiële status negatief worden en kun je “blut” zijn.